Gezocht: directeur met begrip voor boze boeren.


 

Trekker met boze boer aan boord
Boerenverstand is een emotionele zaak. Foto: Kees Torn

“Gezocht: pro-actieve communicatietijger(in) met begrip voor boze boeren. Enige kennis van natuur, milieu en techniek strekt tot de aanbeveling.”

Dat stond natuurlijk niet in de vacature die het RIVM plaatste toen ze een directeur zochten. Toch had prof.dr.ir. Hans Brug weinig aan al zijn wetenschappelijke kennis toen hij in oktober een paar duizend boze boeren te woord stond. Alle moderne kwalen manifesteerden zich: wantrouwen tegenover de overheid, onbegrip en minachting voor wetenschap en feiten, en populistische politici die onvrede opstoken.

Daar stond Brug dan: vanaf een podium achter een hek vertelde hij onder politiebegeleiding dat het RIVM een gerenommeerd instituut is dat zich aan de regels houdt. Na afloop had hij de twijfelachtige eer om gevraagd te worden voor een toegift. 

Al met al een ongemakkelijk, maar noodzakelijk optreden, zegt Brug in een interview met De Volkskrant. “Want als ik er niet was geweest, had ik bevestigd wat ook tegen ons is ingebracht. Dat we niet transparant zouden zijn.” 

Maar als je het RIVM iets niet kunt verwijten, is het een gebrek aan transparantie. Op YouTube legt het instituut uit hoe de ammoniakconcentratie in de lucht wordt gemeten, en ze vertonen een integraal videoverslag van een bezoek van een aantal populistische klimaatsceptici. 

Onzichtbare transparantie

Het RIVM opereert dus niet bepaald in de duisternis. Maar -pijnlijke vraag voor iedereen die wel eens wat online publiceert- wordt het ook bekeken? 

Nauwelijks.

Op het moment van schrijven heeft de uitleg over de ammoniakmeting amper zeshonderd views, de bijeenkomst met de klimaatsceptici nog geen duizend. Het RIVM laat zien waar het mee bezig is, maar bijna niemand kijkt. Terwijl het gaat om relevante informatie van een instituut dat wordt meegesleurd in de nieuwsstroom.

Is dat erg? Voor de betrouwbaarheid niet. Zelfs data die het RIVM niet kan vrijgeven vanwege licenties, privacy of veiligheidsoverweingen, kan worden ingezien op het instituut in Bilthoven. Wie dat wil, kan de data zelf controleren.

Dat gebeurt waarschijnlijk zelden omdat vrijwel niemand beschikt over de vereiste wetenschappelijke (voor)kennis. Experts die deze kennis wel hebben, worden gewantrouwd vanuit de verschillende filter bubbles.

In de Volkskrant zegt Brug dan ook ook dat het RIVM gaat evalueren of ze de communicatie willen, kunnen en moeten aanpassen. Dat is een goed idee. Je kunt wel transparant zijn totdat je doorzichtig bent, maar begrip brengt het niet op.

Statistiek helpt niet tegen vliegangst

Emoties zijn moeilijk te beïnvloeden met feiten. Je kunt wel wéten dat de kans om in je eigen huis te overlijden veel groter is dan in een vliegtuig, maar die wetenschap zal je niet genezen van vliegangst. Belangenorganisaties buiten dat inzicht uit. Niet voor niets heeft het WNF een pandabeer als logo en niet een taartdiagram.

Het RIVM doet alleen een beroep op de ratio. Soms werkt dat. De twee best bekeken video’s op het YouTube-kanaal van het RIVM (afgezonderd van spotjes die onderdeel waren van een campagne) gaan over luizen en teken. Als het over hun gezondheid gaat, zijn mensen ineens wél geinteresseerd.

#Prikpics

Maar zelfs als je gezondheid belangrijk vindt, kun je de feiten links laten liggen, zoals bijvoorbeeld de antivax-beweging. Uitleggen dat vaccins getest en veilig zijn, zal een antivaxxer niet van mening doen veranderen. 

Op Twitter probeert het account NLvaccineert scepsis rondom vaccinatie weg te nemen door “prikpics” van lachende kinderen te delen met de media. De glimlach van een kind zal verstokte antivaxxers niet overtuigen, maar je ontneemt ze wel gratis promotiemateriaal voor hun angst, onzekerheid en twijfel: foto’s van huilende peuters met pleisters.

Moet het RIVM dan maar video’s gaan maken met vioolmuziek en huilende boeren? Nee. Daarvoor hebben we gelukkig Yvon Jaspers al. 

Dood vogeltje

Het RIVM zou wel iets meer kunnen vertellen over de gevolgen van een te hoge stikstofdepositie. In het filmpje over teken vertellen kinderen over de gevolgen van de ziekte van Lyme. Zo kun je ook wel wat concreter worden over de gevolgen van stikstofuitstoot op de natuur. Bijvoorbeeld door te wijzen op vogels die (als gevolg van calciumtekort door bodemverzuring) hun pootjes breken zodra ze uit hun nest stappen.  Een dood vogeltje is een beter argument dan “Europese regelgeving”. Misschien niet voor een boze boer voor je neus, maar wel voor de publieke opinie die (in ieder geval tijdens de protesten) positief staat tegenover de boeren.

Empathie

Maar misschien nog wel belangrijk is empathie. Je kunt blijven wijzen op je onafhankelijkheid en Europese richtlijnen, maar je zou er ook kunnen vertellen dat er bij het RIVM veel mensen werken met een agrarische achtergrond. Of je zou kunnen beginnen met erkennen dat boeren inderdaad kampen met een grote regeldruk. Of dat de administratielast hoog is. 

De politiek doet het aan de lopende band. Bij de aankondiging van de verlaging van de maximumsnelheid -een maatregel om door stikstofproblematiek stilgevallen bouwprojecten lucht te geven- benadrukten zowel premier Rutte als fractievoorzitter Dijkhoff dat ze het een “rotmaatregel’ vonden. Maar: “als ze zouden weten dat mensen met Kerst werkloos thuis zouden zitten omdat iedereen 130 blijft rijden, kan geen VVD’er zich meer in de spiegel aankijken.”

Emotionele uitstoot

De vioolkoffer ging nog net niet open toen de VVD de impopulaire maatregel aankondigde. Het RIVM zou de “emotionele uitstoot” nog veel strenger moeten bewaken. Het is geen semi-populistische partij maar een wetenschappelijk instituut. Emoties mogen geen rol spelen bij het vaststellen van normen en het meten van waarden. Maar als je moet communiceren met mensen die geraakt worden door jouw onderzoeksresultaten, kun je niet verwachten dat ze hun onderbuik negeren. Als je laat zien dat je begrip hebt voor de ander(sdenkende), heb je kans dat die ander ook wil luisteren.

Het interview in De Volkskrant eindigt met een opmerking van Brug:‘Ik mag nu best wel weer even terug in mijn hok.’ Een begrijpelijke reactie, want een dialoog met boze boeren is voor niemand leuk. Maar het RIVM -en dit geldt voor meer organisaties- moet de tijd in het hok gaan besteden aan de impact van hun werk.